Middelbaaronderwijs in Italië

Soorten scholen en leerplannen

Het middelbaaronderwijs is verplicht voor kinderen tussen 11 en 14 jaar. Op 14-jarige leeftijd moeten kinderen een keuze maken welk soort hoger middelbaaronderwijs ze gaan doen, welke vakken ze willen volgen en wat ze willen doen wanneer ze het school verlaten.

Zoals bij het basisonderwijs is er een nationaal leerplan waaraan alle kinderen zich moeten houden. Het aantal uren voor elk vak dat wekelijks gegeven wordt is bepaald door het Ministerie van Onderwijs. Voor het eerste en tweede jaar zijn de wekelijkse vereisten:

In het derde jaar krijgen leerlingen één uur minder Italiaans en krijgen ze in de plaats vier uur geschiedenis, aardrijkskunde en sociale wetenschappen. Elk vak wordt door een andere leraar gegeven, behalve Italiaans, geschiedenis, aardrijkskunde en sociale wetenschappen. Deze worden gegeven door twee leraars.

Leerlingen moeten 30 uur per week les volgen en de scholen hebben de mogelijkheid om dit op te trekken tot 40 uur voor extra activiteiten als er genoeg vraag is van de ouders (vb. ict, het aanleren van een tweede vreemde taal). In de laatste jaren hebben scholen proefklassen geïntroduceerd. Deze lessen vinden
's namiddags plaats en worden voornamelijk gefinancierd door het budget van het school. Deze proefklassen omvatten sport, muziek (instrumenten moeten gewoonlijk aangekocht worden door de ouders), film, computer en schaakclubs, communiceren in een vreemde taal.

Zoals bij het basisonderwijs is er elk semester een rapport voor elk vak. Dit rapport geeft een overzicht van de vaardigheid, het gedrag en de prestatie van elke leerling. Voor godsdienst is er een kleiner rapport voor elke student. De beoordelingen omvatten fantastisch (ottimo), heel goed (distinto), goed (buono), voldoende (sufficiente) en onvoldoende (non sufficiente).

Aan het einde van het derde jaar moeten leerlingen een schriftelijk examen afleggen van Italiaans, een vreemde taal, wiskunde en wetenschappen. Vervolgens moeten ze ook een mondeling examen afleggen voor elk vak behalve godsdienst. Studenten die goed scoren krijgen hun diploma van het middelbaaronderwijs (diploma di licenza media) en mogen naar het hogere middelbaaronderwijs gaan.

Hoger middelbaaronderwijs

Op 14-jarige leeftijd moeten studenten de keuze maken welk type hoger middelbaaronderwijs ze willen volgen (scuola superiore, gelijkwaardig aan een middelbare school voor senioren in de VN). Ze moeten bepalen in welke vakken ze zich willen specialiseren en wat ze willen doen wanneer ze het school verlaten. Er zijn twee categorieën binnen het hoger middelbaaronderwijs: een liceo (gelijkaardig aan een Britse school voor grammatica) en een istituto. Een liceo voorziet eerder een academische training waarbij een istituto vooral praktisch en technisch gericht is.

Binnen deze twee categorieën zijn er verscheidene soorten scholen. In elke buurt zijn er klassieke scholen, wetenschappelijke scholen en technische of beroepsscholen. In grotere districten kan men een lerarenopleiding volgen of naar de kunstschool gaan. Ook kunnen er beroepsscholen zijn die voorzien in de behoeften van de lokale industrie. Hieronder wat informatie over deze scholen:

Aangezien er genoeg plaats is in het hoger secundair onderwijs mogen studenten kiezen naar welke school ze gaan.

Vanaf 2001 hebben alle leerlingen hetzelfde leerplan gehad voor de eerste twee jaar van het hoger secundair onderwijs. Dit omvat Italiaans en literatuur, wiskunde, een vreemde taal (gewoonlijk Engels), wetenschappen, geschiedenis, aardrijkskunde en sociale wetenschappen, godsdienst en lichamelijke opvoeding. De gespecialiseerde cursussen (indirizzi) starten in het derde jaar.

Naar welke school je ook gaat, je krijgt voor elk vak aanzienlijk veel huiswerk. Je zal lessen uit het hoofd moeten leren en opstellen moeten schrijven. Zoals in het lager middelbaaronderwijs testen de leerkrachten de kennis van de student (controle of de student zijn huiswerk gedaan heeft) door regelmatige mondelinge en schriftelijke testen (prove scritte). Samen met een algemene evaluatie van de inzet van de student vormt dit de basis van het rapport (pagella). Men werkt met een puntensysteem (voti) van één tot tien en men moet minimum een zes halen om over te gaan naar een hoger jaar.

Alle studenten kunnen naar de universiteit gaan op voorwaarde dat ze een 5-jarige opleiding gevolgd hebben aan de middelbare school en dat ze een diploma hebben behaald van het hoger middelbaaronderwijs (zie hieronder). Het komt steeds meer voor dat studenten van een beroeps- of technische school naar de universiteit gaan. In scholen waar je vier jaar (vb. een artistieke school) les moet volgen om een diploma te behalen moeten studenten een extra jaar volgen om naar de universiteit te mogen gaan.

Vooraleer je beslist welke de juiste school is voor je kind moet je het leerplan goed nagaan van elke school. Dit is vooral belangrijk als je kind naar een universiteit wil gaan buiten Italië. In vele landen is er wedijver bij de inschrijvingen aan een universiteit en daarom moeten de vakken die de student volgt in het middelbaaronderwijs goed overeenkomen met de richting die de student wenst te volgen aan de universiteit.

Diploma

Aan het einde van het hoger middelbaaronderwijs krijgen de studenten een diploma (diploma di maturità). Met dit diploma hebben ze de juist kwalificaties om naar de universiteit te gaan. Het bestaat uit drie schriftelijke proeven (esame) en een mondelinge proef (colloquio). Het eerste examen omvat een schrijfopdracht over een krantenartikel in het Italiaans over een historisch, sociaal, wetenschappelijk of litterair onderwerp. Bij de tweede proef worden er een aantal vragen gesteld gerelateerd aan de specialisatie van de student. Het onderwerp van het examen wordt twee maand op voorhand bekend gemaakt aan de student. Het derde examen, geïntroduceerd in 1999, bestaat uit vragen over culturele en sociale onderwerpen en test de kennis van een vreemde taal.

Na de schriftelijke testen komen de mondelinge proeven, en deze worden geleid door zes leerkrachten. Zij stellen vragen over de vakken die de studenten kregen gedurende hun laatste jaar. Van de 100 punten staan er 45 op het schriftelijke examen, 35 op het mondelinge en 20 op het studiecertificaat, die verdiend worden door de rapporten gedurende de laatste drie jaar. Men moet minimum 60 punten behalen om te kunnen slagen.

De titel van het diploma hangt af van naar welke soort school de studenten gingen, vb. diploma di maturità classica voor studenten die naar een klassieke school gingen en een diploma di maturità scientifica voor studenten die naar een wetenschappelijke school gingen. Diploma's die in technische scholen worden uitgereikt worden verder gekwalificeerd volgens de specialisatie die de studenten hebben gevolgd. De maturità wordt wereldwijd herkend als kwalificatie voor het gaan naar de universiteit, hoewel ze niet aanvaard wordt door alle instellingen.


www.justlanded.com © 2003-2024 Just Landed